Ga naar de inhoud

“Ik zat al langer met stenen in m’n hoofd.” Beeldend kunstenaar Jochem van den Wijngaard maakte in de loop der jaren al verschillende kunstwerken over stenen. En met water. Voor Bosch Parade brengt hij ze samen. In De Steen der Waanzin, een drijvende, ‘ronkelende’ steen. Als hommage aan het onbekende.  

Het eerste idee voor De steen der waanzin ontstond twee jaar geleden, bij een tentoonstelling over het menselijk brein. Jochem: “Daar zag ik het schilderij De keisnijding van Jheronimus Bosch of een van zijn volgelingen. Het toont een dokter met een trechter op z’n kop, een kwakzalver, die een steen uit het hoofd van een ‘waanzinnige’ snijdt en hem zo van z’n gekte bevrijdt. Dat werk bleef me bij. Ik zat al langer met stenen in m’n hoofd, ik had er al meer werken over gemaakt. Nu kwam het idee om een object te maken dat zowel een drijvende steen lijkt als een gigantisch brein. 

Jochem is bekend met geestesziekten; verschillende mensen dicht bij hem zijn neurodivergent – van lichte vormen van autisme tot manische depressie, bij sommige leidde het zelfs tot zelfdoding. Jochem: “Als kind krijg je dat niet echt mee, maar het hield me later toch bezig. Ik had nog nooit een werk over die geschiedenissen gemaakt. Door dat nu te doen wil ik een relatie met dat verleden aangaan, me er niet langer door laten leiden maar er grip op krijgen.”

Met zijn kunstwerk wil Jochem de ‘stenen der waanzin’ uit de hoofden halen, ze openbaren. Jochem: “In de context van Bosch Parade stel ik een steen, als symbool voor neurodivergentie, voor als een hedendaagse demon. En dan niet zozeer de kwaal als wel het stigma eromheen – omdat het onbekend is, iets dat je niet kunt begrijpen of nóg niet begrijpt. Dat motief heb ik verbreed: het onbekende als iets dat afschrikt en bevreemdt. Maar dat tegelijkertijd fascineert en tot groei kan leiden.” 

De Steen der Waanzin is een op het water drijvende, ‘ronkelende’ steen met verschillende pulserende kleuren. Jochem: “Een soort Lovecrafteaans object met eigen, onduidelijke beweegredenen. Met een lichtgevend patroon dat de ambivalentie van het onbekende symboliseert, dat tegelijkertijd onheilspellend en betoverend is. Het nodigt zo uit om na te denken over hoe we ons verhouden tot iets wat we niet meteen begrijpen.” 

Na verschillende schaalmodellen in was en gips is de definitieve versie, uit epoxy en keperweefsel, inmiddels nagenoeg klaar. Jochem: “We gaan de sculptuur nu in de Tuin der Lusten in elkaar zetten, volgende week monteren we de lichtonderdelen en een geluidselement. Heel spannend allemaal.”