Het Moeras-altaar is een drijvend altaar dat uit de diepten van zijn gecorrodeerde begraafplaats is opgedoken.  Een toewijding aan de demonen die dansen en spelen, ooit verborgen onder de grond, en weer boven op de aarde komen om het aardse rijk te verleiden en te bedriegen met Dionysische geneugten van drankmuziek en sensualiteit.  Het vlot zal een bewegend monument zijn voor demonische krachten die in het werk van Bosch spelen.  De kleine beesten die vlees verscheuren en zich tegoed doen aan de zonden van degenen die te zwak waren om te minachten.  Boven op het altaar rust de symbolische hand van de ontspannen de “hang los” hand.  Deze hand zal worden opgehangen en geëlektrificeerd om helse geluiden te produceren die de nietsvermoedende kijkers naar zijn demonische handpalm lokken om naar de hel te worden gesleept.  Op het oppervlak van dit altaar zullen demonen dansen in verdorven angst, wachtend om zich tegoed te doen aan de zielen van de kijker, harpspelend op luiten en trommels gemaakt van huid en been.  Dit altaar zal zeker de aandacht en geest trekken van degenen die durven kijken.

Over Ian Skirvin

Het bouwen van een wereld en de toeschouwer hierin meenemen is een van de grootste drijfveren van Ian Skirvin (NL/VS 1991) om kunst te maken. Het mysterie en de horror die schuilgaat in het alledaagse is wat hem fascineert; wat gebeurt er achter gesloten deuren, in het bos langs de snelweg of onder onze voeten onder de grond? Skirvin geeft deze mysteries de ruimte om tot leven te komen.

Irvin maakt totaal-installaties waar de toeschouwer een onderdeel wordt van het werk. Hij nodigt de toeschouwer uit om door middel van performance onderdeel te worden van het schouwspel wat zich afspeelt, en tegelijkertijd daagt hij de toeschouwer uit om een deel wat ze mogelijk verborgen hebben voor de buitenwereld te ontmaskeren.

Over Dakota Havard

Net zoals iedereen probeer ik op een of andere manier recht te doen via het werk dat ik creëer. We willen allemaal wel een soort heldhaftige bijdrage leveren via onze scheppingsprocessen. Zo probeer ik een indruk achter te laten bij de mensen in hun onderbewustzijn, door objecten neer te zetten die zij aangenaam vinden – zonder dat ze precies weten waarom. Ik wil de banale, alledaagse, saaie slakkengang van de middenmoot omvormen tot iets waar mensen onbewust plezier aan beleven. Ik creëer graag een sfeer die aanleunt tegen het rumoer van een luid filmtheater waarbij al je zintuigen worden geprikkeld – met de geur van popcorn die er hangt, en onder je zolen voel je dan de plakkerige, geplette snoepjes die er door vorige bezoekers zijn achtergelaten, waarbij de schoonmakers zo slecht worden behandeld dat ze de kauwgom niet uit de vloer willen halen, met van die ongemakkelijke bioscoopstoelen waarop je steeds wegglijdt, of de ondraaglijke geluidseffecten die eigenlijk gewoon neerkomen op ordinaire herrie, en uiteraard… het allesverblindende, hemelse licht. Ik stel me dan graag voor (al klinkt het misschien een beetje grotesk) dat ik zelf de vrijheid van de maker vertegenwoordig maar ook de humor van het creëren – immers, vrijheid is op zichzelf best een grappig verschijnsel. Je zult nu misschien wel denken “Vrijheid?! De vrijheid om te worden geboren en te creperen op deze godvergeten aardkloot?! Ja, echt niet dus…”. Maar ja, het is ook de vrijheid van een maker om tegelijkertijd ironisch én serieus existentieel te zijn.